Ik zoek een woord – Hans Hagen
Amsterdam, Antwerpen, Querido 2013
Korte samenvatting:
Hans en Monique
Hagen verzamelden poëzie in deze bundel waarin met taal wordt gespeeld. Met
gedichten van Joke van Leeuwen, Willem Wilmink, Tjitske Jansen, Erik van Os,
Ted van Lieshout, Drs. P, Johanna Kruit, Gummbah, Vasalis, Sjoerd Kuyper,
Edward van de Vendel, K. Schippers, Ivo de Wijs, Jules Deelder, Bette Westera,
Martinus Nijhoff, Toon Hermans, Bart Moeyaert, Koos Meinderts en 90 anderen. Er
zijn talloze gedichten en verzen. Zoals Hans en Monique Hagen zelf zeggen is
deze bundel voor mensen van 9 tot 109 jaar.
Mijn mening:
Deze
dichtbundel staat al een aantal jaar in mijn kast. Ik heb ‘m destijds gekocht
voor mezelf, maar ik vind de inhoud ook zeer bruikbaar voor lessen. Tijdens de
poëzieweek heb ik er elke dag iets uit voorgelezen, maar het gebeurt ook
regelmatig dat ik een gedicht eruit pik voor de start van een nieuwe periode of
om een thema te introduceren.
Persoonlijk geniet
ik vooral van de gedichten waar ook het tekeningetje een grote rol speelt of
waar humor in voorkomt. Onderstaand gedicht is een van mijn favorieten:
(Ik zoek een
woord, P.103)
“Ik zoek een
woord” is luchtig, grappig, divers en origineel. Er zitten zoveel verschillende
gedichten van diverse schrijvers bij dat werkelijk iedereen wel een gedicht
ziet dat bij hem of haar past of wat diegene aanspreekt.
Bij poëzie is
het altijd zo interessant dat de verschillende smaken van mensen naar voren
komen. Wat de één prachtig vindt kan voor de ander echt afschuwelijk zijn. Één
van de gedichten waar ik niets mee heb is van Erik van Os:
Wens
Ik wou dat ik een mooi gedicht was
en jij leerde mij uit je hoofd
en jij leerde mij uit je hoofd
en toen je mij voordroeg in de klas
werd ik mooier dan ik was.
werd ik mooier dan ik was.
(Ik zoek een
woord, P. 55)
Dit soort
gedichten zijn wat mij betreft te makkelijk en saai. Alsof iemand dit even snel
bedacht heeft en opgekrabbeld heeft op een bierviltje.
Toch vind ik
gedichten over het algemeen leuk en aantrekkelijk voor een ieder. Net zoals bij
beeldende kunst heeft ieder een eigen visie en kan iedereen iets anders zien in
eenzelfde afbeelding of gedicht. Soms is er een dubbele lading, soms ook totaal
niet en af en toe kan men zelf bedenken of deze dubbele lading er al dan niet
is.
Geschiktheid voor de beoogde lezer:
Wat ik
fantastisch vind aan deze dichtbundel is het feit dat het boek geschreven is
voor mensen van 9 t/m 109 jaar. De bundel bevat gedichten over taal en zijn
daarom breed toepasbaar. Het is een bundel voor taalliefhebbers, voor dichtliefhebbers,
maar ook voor “de gewone mensch”. De verschillende gedichten spreken uiteraard
verschillende mensen, maar ook verschillende leeftijden aan. Jongere lezers
kunnen waarschijnlijk erg genieten van
het gedicht van Kees Stip;
Op een konijn
Bij Noordwijk zwom een nat konijn
temidden van een school tonijn.
"Tja," sprak het beest, "dat tomt er van
als men de ta niet zeggen tan."
Bij Noordwijk zwom een nat konijn
temidden van een school tonijn.
"Tja," sprak het beest, "dat tomt er van
als men de ta niet zeggen tan."
Kees Stip
(Ik zoek een woord, P47)
Oudere lezers kunnen zich zeer waarschijnlijk meer inleven in
de gedichten met een wat zwaardere lading, zoals die van Hanny Michaelis, waarin
wat lastiger woorden, moeilijkere en dichterlijke zinnen staan, zoals; “het
rulle gevoel van je haar aan mijn vingertoppen” (Ik zoek een woord, P.127)
Wat mij betreft
hebben Hans en Monique Hagen gelijk dat ze zeggen dat deze bundel voor 9 t/m
109 jaar is. Het zijn tijdloze gedichten over taal voor iedereen.
Zoals ik eerder al aangaf vind ik de bundel ook nog eens een meerwaarde tijdens mijn lessen. Ik begin zo af en toe de les met een gedicht. Maar ik gebruik ook regelmatig een kort gedicht als begin voor een thema of als ik wil aansluiten bij een actuele gebeurtenis of nieuwe opdracht. Ik geef les aan de bovenbouw van het vmbo en ik heb alleen maar jongens in de klas. Hoewel je misschien denkt dat dit geen goede doelgroep is merk ik dat het tegengestelde waar is. Mijn jongens genieten van de korte gedichten. Ze durven hun eerlijke mening te geven en ik ben soms verbaasd over het feit dat ik mijn doelgroep kan inspireren, activeren en interesseren voor gedichten. Voor mij is de bundel "Ik zoek een woord" echt een leuke aanvulling in mijn lessen.
Reactie op de recensie van “Ik zoek een woord” van Helen Uijlenbroek – door Annika van Klinken
BeantwoordenVerwijderenHelen, wat een leuke gedichtenbundel heb jij gekozen!
Ik ben blij dat ik ervoor heb gekozen om een reactie te schrijven op jouw recensie. Anders had ik misschien nooit deze bundel gevonden.
Zoals jij aangeeft, is het erg interessant om te zien wat poëzie met mensen doet en welke gedichten daar aanleiding tot geven. Ik vind het bijzonder dat gedichten op zoveel manier geïnterpreteerd kunnen worden. Het zal dan misschien niet altijd de gedachte van de schrijver weergeven, maar het maakt het voor sommige mensen erg persoonlijk.
Zelf ben ik ook van de humoristische gedichten. Het gedicht moet mij daarnaast ook gelijk aanspreken en ik moet mij er in herkennen. Dat komt bijvoorbeeld naar voren in het volgend gedicht van Erik van Os:
1 - 1
In plaats van de som
leverde ik een gedicht in
bij de wiskundeleraar
Hij zei: ik snap het niet
Ik zei: dan staan we quitte
(Ik zoek een woord, p. 43)
De gedichtenbundel omvat veel verschillende gedichten van verschillende niveaus.
Hierdoor is de bundel geschikt voor (bijna) alle leeftijden (9 t/m 109 jaar).
Zoals Helen al beschrijft, is het daarnaast een meerwaarde in de lessen Nederlands. Door eens in de zoveel tijd een gedicht voor te lezen, creëer je nieuwsgierigheid bij de leerlingen en leren ze hun mening uit te drukken over de gedichten.
Een meerwaarde voor de les!
Nogmaals dank dat je deze gedichtenbundel hebt gekozen voor de fictieblog.
Bronnen:
Hagen, H. (2013). Ik zoek een woord. Amsterdam, Antwerpen: Querido