Onderstaand een reactie op volgende recensie: http://fictieblogarjen.blogspot.nl/2016/02/lopen-voor-je-leven-recensie-els-beerten.html
Erik, jouw recensie vind ik mooi verwoord en zowel je
positieve opmerkingen als ook de negatieve kanttekeningen zijn voor mij
herkenbaar.
Ik heb het boek ook ‘in een ruk’ uitgelezen, te nieuwsgierig
naar het vervolg om het aan de kant te leggen. Ik vind het heel knap hoe
Beerten het verhaal opbouwt. Sommige hoofdstukken hebben als titel het aantal
meters dat nog gelopen moet worden in de marathon, die ze in het verhaal loopt.
In deze hoofdstukken wordt het lopen van de marathon en haar conditie van dat
moment beschreven. Tussen deze hoofdstukken in zijn de titelloze hoofdstukken,
die haar gedachten weergeven. Deze ‘flashbacks’ verlopen niet chronologisch,
elke herinnering is als het ware een verrassing. Dat verhoogt de
spanningsopbouw en komt authentiek over, je herinneringen maken immers ook
sprongen of dringen zich ongeordend op.
Als ze tot 2195 meter voor de finish is gekomen, worden haar
zinnen nog korter (want kort zijn ze allemaal), ze is uitgeput, de zuurstof is
op. Het is ook dan, dat de meest intense herinnering bovenkomt. Lopen voor je leven, het is wat Noor doet, letterlijk en figuurlijk. Na het
gruwelijke ongeluk heeft ze niet echt meer geleefd, alleen tijdens het rennen
voelt ze zich vrij en gelukkig. Nu, door het lopen van de marathon, waar ze de
spreekwoordelijke berg is tegengekomen en haar laatste reserves moet
aanspreken, laat ze de hele herinnering toe, doorleeft die herinnering en voelt
ze weer. Hiervan getuigt ook haar moodring, die voor het eerst in jaren weer
verkleurt. Een prachtige symboliek!
Je kunt je inleven in Noor, versterkt ook doordat het
perspectief bij haar ligt. Doordat de informatie maar mondjesmaat naar voren
komt, blijft het boek boeien. Een ontroerende roman!
Het verhaal speelt in 1977, zoals je goed gerechercheerd
hebt. Dat zou je niet denken, gezien de actualiteit en de herkenbaarheid voor
de doelgroep. Daarmee toont Beerten haar kennis van de doelgroep en haar
fijngevoeligheid als het gaat om de presentatie van universele problemen die
typerend zijn voor deze leeftijdscategorie. Schuld en boete, vriendschap, angst
voor verlies, compensatiegedrag, ontluikende gevoelens, vertrouwen,
beschadigingen, en ga zo maar door…heel herkenbaar en niet alleen in deze tijd.
Het verhaal leent zich uitstekend voor verwerkingsopdrachten
in de klas. De opbouw van het boek is opvallend en een mooie aanleiding om
enkele vormaspecten te behandelen. Waarom kiest de schrijfster voor die vorm?
Wat is de betekenis van de moodring? Het is niet toevallig dat de meest intense
herinnering bij Noor naar boven komt op het moment dat zij totaal uitgeput is.
Wat kan dat betekenen? (Bonset, e.a, 2010, p.300).
Bronnen:
(Bonset, e.a., (2010). Nederlands in de onderbouw. Bussum:
Uitgeverij Coutinho)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten