‘The Boy in the Striped Pyjamas’ (de jongen in de
gestreepte pyjama) is het bekendste werk van John Boyne en werd in 2006 uitgegeven. Aanvankelijk was het Boyne’s bedoeling dat dit het
een kinderboek zou worden. Toen het af was en ook volwassenen door het
verhaal geraakt bleken, kreeg het boek het predicaat ‘ook voor jongere
lezers’. Vandaar dat ik het commentaar dat dit boek mensen ergert, omdat er historische onjuistheden in voorkomen niet kan plaatsen. Zoals Huub ook al aangaf is dit een fictief verhaal met een kinderlijk perspectief. De gedachte om de holocaust te verbeelden vanuit de naïeve geest van een negenjarig jongetje is daarom goed. En hem te laten praten met een
leeftijdgenootje – ze zijn op dezelfde dag geboren – door het hek is
absoluut een vondst. Oudwis en de Furie zijn volgens mij expres zo genoemd als makkelijke metaforen die wij volwassenen meteen in verband brengen met Auschwitz en der Führer. Het staat de schrijver vrij om creatief met zaken om te gaan. De manier waarop Boyne dit verhaal gestalte geeft vind ik bijzonder. Als lezer weet je meer, maar je kruipt in het hoofd van Bruno, die met zijn negen jaar de onschuld zelve is. Hij begrijpt er allemaal niks van, hetgeen enerzijds wat ongeloofwaardig is voor een geïndoctrineerd SS'ers zoontje, maar wat anderzijds duidelijk maakt dat kinderen 'slachtoffer' zijn van hun omgeving en het lotsbestemming is waar je opgroeit.
Bruno’s kinderlijke gedachten en beschrijvingen zijn pakkend, ontroerend en gruwelijk tegelijk. Op pagina 121 wordt beschreven dat de jongens met hun vingers symbolen in het stof op de grond tekenen. Shmuel de jodenster en Bruno de swastika (het hakenkruis).
'Mijn vader heeft er ook een,' zei Bruno. 'Over zijn uniform. Een hele mooie. Felrood met een zwart-met-witte tekening erop.' Met zijn vinger tekende hij iets anders op de grond aan zijn kant van het hek.
'Ja, maar ze zijn niet hetzelfde, hè?' zei Shmuel.
'Ik heb nog nooit van iemand een mouwband gehad,' zei Bruno.
'Maar ik heb er nooit om gevraagd,' zei Shmuel.
'Ja, maar ik zou er toch best een willen hebben,' zei Bruno.
'Ik weet alleen niet welke ik liever zou willen, die van jou of die van vader.'
Ik vond het ook zo goed beschreven dat Bruno nog in een egocentrische belevingswereld zit en zich door zijn leeftijd nog niet goed in een ander kan verplaatsen. Dat leverde bizarre stukken tekst op. Zo ziet hij wel dat zijn vriend met de dag magerder en grauwer wordt en neemt zo nu en dan brood en kaas mee om aan Shmuel te geven. Op pagina 153 staat:
(...), maar de wandeling van huis naar de plek bij het hek waar de twee jongens elkaar ontmoetten was lang en soms kreeg Bruno onderweg honger en een hapje werd algauw twee hapjes, en die weer drie en tegen de tijd dat er nog maar een stukje over was wist hij dat hij dat moeilijk aan Shmuel kon geven omdat het hem alleen maar naar meer zou doen verlangen en zijn honger niet zou stillen.
Gênant en grappig tegelijk! Honger (!)
Verder vond ik het een geniale ontknoping. Het einde grijpt de meeste mensen naar de strot, omdat ze zich met de hoofdpersoon identificeren. Wat Bruno overkomt wordt symbool voor het onnoembare leed wat de joden in
Auschwitz is aangedaan. En het is aan de vader van Bruno om in het laatste
hoofdstuk uit te zoeken wat er precies is gebeurd. Dat lukt hem, en het
is tevens het laatste wat hij bij zijn volle verstand heeft gedaan. Het heeft iets weg van een sprookje voor volwassenen. Aan de ene kant is dit boek kinderlijk geschreven, maar er zit een diepere laag. Dit boek is zeker bedoeld voor volwassenen aangezien een kind lang niet
zo veel uit het boek kan halen als wat er staat. Tussen de regels door
staat een verschrikkelijke geschiedenis geschreven.
“Het laatste hoofdstuk” eindigt met “En dat is het einde van het verhaal
over Bruno en zijn familie. Natuurlijk gebeurde dit allemaal heel lang
geleden en kan zoiets nu niet meer gebeuren. Niet in onze tijd.”
Zonder twijfel een bijzonder boek...
Welkom op de fictieblog van groep D1B, cohort 2015-2016. Docent Arjen Speekenbrink
Posts tonen met het label john boyle. Alle posts tonen
Posts tonen met het label john boyle. Alle posts tonen
zaterdag 12 maart 2016
dinsdag 8 maart 2016
Reactie op de recensie "De jongen in de gestreepte pyjama" van Huub Braun - door Helen Uijlenbroek
Reactie op de recensie van "De jongen in de gestreepte pyjama" van Huub Braun - door Helen Uijlenbroek
Ik lees in je
recensie dat je De jongen in de gestreepte pyjama een aangrijpend boek vindt en
dat het grote indruk op de lezer maakt. Mooi dat je ook aanhaalt dat er veel
kritiek is geweest op het boek, vanwege het niet volledig waarheidsgetrouw
weergeven van bepaalde feiten. Ik ben het met je eens als het gaat over de
indruk die het boek achterlaat bij de lezer, maar ik wil ook een kanttekening
zetten bij je geschiktheid voor 14+.
Graag begin ik
met wat mij opvalt in je recensie. Je citeert het stuk over de gaskamer en
beschrijft dat je dit heel knap bedacht vond door de schrijver.
‘Jij bent mijn beste vriend, Schmuel,’ zei hij. ‘Mijn beste vriend voor
altijd.’
Misschien deed Schmuel zijn mond open om iets terug te zeggen, maar Bruno
hoorde het niet want op dat moment klonk een luide kreet van de mensen die in
de ruimte waren omdat de deur aan de voorkant plotseling werd gesloten en er
van de buitenkant een hard metalen geluid klonk. (…) En toen werd de ruimte
heel donker en op de een of andere manier, ondanks de verwarring die daarop
volgde, merkte Bruno dat hij nog steeds Schmuels hand vasthield en niets ter
wereld had hem kunnen bewegen die los te laten. (De jongen in de gestreepte
pyjama, p. 201)
Mij heeft deze
passage echter niet zo geroerd. Ik vond de passage veel minder goed te lezen
dan de rest van het boek. Ook had ik geen brok in mijn keel, wat ik wel zou
moeten ervaren bij zo’n einde (en normaal gesproken kan ik heel goed huilen bij
een boek, geloof me). Ik vond deze passage wat snel geschreven, ik was afgeleid
door alles wat er in die ruimte gebeurde en kon me niet helemaal focussen op
Schmuel en Bruno.
Ik ben het wel helemaal
met je eens wat betreft de indruk die het boek bij me achterliet. Zoals bij
veel boeken over oorlog is de sfeer altijd drukkend en zwaar. De angst en
donkerte van de dagen is voelbaar. Het mooie van dit boek is wel dat je ook de
lichtheid en naïviteit van de jeugd ervaart. Bruno heeft een soort onschuldige
onwetendheid over zich, waardoor hij dingen op een andere manier ziet en dat
maakt het boek ook luchtig, zodat je als lezer even op adem kunt komen.
De manier van
schrijven van Boyne is prettig. Zoals je zegt leef je echt mee met Bruno en
Schmuel. Hij gebruikt korte, makkelijke zinnen en slaagt erin een sfeer te creëren
waarbij je sympathie voor veel karakters krijgt. Daarbij vind ik het knap dat
de schrijver geen waardeoordeel uit in zijn boek, maar gebruik maakt van
gebeurtenissen, waardoor je als lezer aan het denken gezet wordt. Het eind is
natuurlijk vreselijk en onomkeerbaar. Bijna fatalistisch, zoals beschreven
wordt dat beide jongens uiteindelijk de dood vinden.
Tot slot wil ik
nog wat opmerken over je geschiktheid van het verhaal. Ik denk dat je helemaal gelijk
hebt als je zegt dat dit boek voor een ieder die geschikt is in de Tweede
Wereldoorlog een must is. Ook denk ik dat er genoeg mogelijkheden zijn dit boek
in de les te introduceren. Ik kan er makkelijk een aantal leuke
verwerkingsopdrachten bij verzinnen, zoals collages, foto-opdrachten, het
uitleggen van bepaalde begrippen, ik zie een link met de geschiedenisles en je
kunt ook de film laten zien(dat vindt de Engels docent waarschijnlijk ook
leuk). Misschien leuk voor een kleine impressie: https://www.youtube.com/watch?v=KGeMGxWIoJ8
Huub, ik ben
het helemaal met je eens als we het hebben over de indruk die het boek
achterlaat. En het zou vooral fantastisch zijn als we deze ervaring ook aan
onze leerlingen kunnen geven. Ondanks een vreselijk verhaal echt een heftig
boek!
Abonneren op:
Posts (Atom)