dinsdag 29 maart 2016

Reactie op recensie 'Oorlogswinter' van Ime van Berloo door Huub Braun



Reactie op de recensie van Ime van Berlo

Het boek ‘Oorlogswinter’ van Jan Terlouw is een van de bekendste Nederlandse jeugdboeken over de Tweede Wereldoorlog. De kracht van Oorlogswinter is dat het boek  40 jaar na verschijning nog steeds een aanrader is. Het boek heeft in al die jaren niets aan kracht ingeboet.

Zo vroeg hij kon zat Michiel op de fiets. Nu bereikte hij het boerderijtje van Bertus Hardhorend zonder moeilijkheden. Op het erf was niemand te zien, behalve de kettinghond, die te keer ging alsof zijn staart in brand stond. Michiel ging naar binnen. Niemand op de deel. Niemand in de heerd.(Oorlogswinter, p. 31)

Dit stukje tekst laat zien dat in Oorlogswinter veel uitdrukkingen en woorden voorkomen die we heden ten dage niet meer gebruiken. Toch zal dat voor velen geen belemmering zijn om het boek te lezen. Wellicht is dat juist wel de kracht van Terlouw.

Ik kan me daarom heel goed indenken dat de mentorleerlingen van Ime dit boek als zeer leerzaam hebben ervaren. De leerlingen op die leeftijd hebben, buiten eventueel statushouders, nooit een oorlog meegemaakt. Ze kennen de verhalen en beelden alleen maar via de diverse media. Jan Terlouw (be)schrijft dit verhaal op zo’n manier dat het voelt alsof je zelf middenin het verhaal zit. Hij weet de spanningsboog in het verhaal op de juiste manieren te raken. Tijdens het lezen is het net of je met het verhaal van Michiel meedoet. Dat beschrijft Ime in haar recensie op een hele goede manier.

Je schrijft in jouw recensie  over de dillema’s die hoofdrolspeler Michiel tegenkomt. Deze kunnen voor onze leerlingen inderdaad heel erg leerzaam zijn. Niet dat ze dezelfde dillema’s zullen tegenkomen als Michiel, maar vanzelfsprekend komen ze in de loop van hun leven ook voor de nodige dilemma’s te staan. Wellicht putten ze de nodige inspiratie uit dit boek.

‘Ik heb een probleem.’
‘Ik ook’, zei Dirk. ‘Wel zes. Wat is het jouwe?’
‘Mijn geld is op. En ook al zijn de boeren hier geen afzetters, ik moet ze toch iets betalen voor wat ik bij ze haal’. (Oorlogswinter, p. 118)

Net als Ime heb ik dit boek als introductie gebruikt voor een lessencyclus. Hierna werd van de leerlingen verwacht dat ze in groepen een bepaald onderdeel van de Tweede Wereldoorlog uitwerkten. Eén groepje koos voor de oorlogswinter, een ander voor Hitler en weer een ander voor de slag om Arnhem. De werkstukken, powerpoints en  posters die de groepen hadden gemaakt werden hierna klassikaal gepresenteerd.

Als ze verder slenteren, zegt Dirk verontschuldigend tegen Michiel: ‘Het heeft immers geen zin erover te praten.’
‘Nee, ‘ zegt Michiel, ‘het heeft geen zin. Eén ding heeft maar zin.’
‘Wat dan?’
‘Nooit meer in een oorlog vechten, alleen nog tegen oorlog.’
‘Zo is het,’ zegt Dirk. (Oorlogswinter, p. 179)
Ik zou dit boek ook classificeren onder ‘adolescenten’. De reden geeft Ime keurig weer.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten